A. Kan standaard kantoortoepassingen effectief en efficiënt gebruiken
B. Kan effectief en efficiënt een tekstverwerker gebruiken op basis van vooropgestelde criteria
C. Kan effectief en efficiënt een spreadsheet en database gebruiken op basis van vooropgestelde criteria om gegevens te ordenen en berekenen
D. Kan effectief en efficiënt presentatiesoftware gebruiken op basis van vooropgestelde criteria voor weergave
E. Kan effectief en efficiënt beeldbewerking software voor video's en foto's gebruiken op basis van vooropgestelde criteria
F. Kan effectief en efficiënt communicatiesoftware waaronder e-mail en video gebruiken op basis van vooropgestelde criteria voor samenwerking
G. Kan online betalingsverkeer regelen en kan op basis van vuistregels een passende vorm van online betaling kiezen
H. Kan internettoepassingen zoals browser en e-mail effectief en efficiënt gebruiken